Onder begeleiding van mevrn. Devleeschouwer en Ryckaert trokken de leerlingen van het vijfde jaar Toerisme naar Lissabon. Deze reis is een belangrijk onderdeel van hun leerplan en samen met hun vakleerkrachten bezochten ze heel wat interessante plekken. Hun reisverslag is alvast indrukwekkend! Lezen jullie mee?

Donderdag 27 april 2023

We zijn halfweg! Louise koos ervoor om ons op sleeptouw te nemen richting uptown Lisbon. Dit deden we via de Elevador da Glória, een kabelspoorbaan die Barrio Alto met het centrum van Pombaline (ook wel Baixa genaamd) verbindt. De oorspronkelijk knalgele tram is vandaag een rijdend canvas voor de streetart artiesten. Met andere woorden, neem jij deze tram volgende maand, dan kan het zijn dat de tram een metamorfose heeft ondergaan. De tramrit overbrugt een afstand van 265 meter en heeft een helling van 20° (liefst de tram dus in plaats van te voet). 

Na anderhalve minuut kwamen we aan bij onze eerste echte halte de São Roche kerk, gelegen op het Dom Pedroplein. Deze kerk was gedurende 200 jaar de thuisbasis van de Jezuïeten. Na de aardbeving (1755) die heel de stad trof, bleek dit gebouw zo goed als volledig gespaard te zijn. De kerk werd vervolgens geschonken aan de katholieke kerk. Koste noch moeite werd gespaard om de kerk rijkelijk aan te kleden met voornamelijk barokelementen inclusief echt goud, zuilen bezet met parelmoer en een zilveren kribbe. Op zoek naar de kerk die het grootste altaar heeft ter wereld? Ga niet naar Rome; het is hier op de ‘heilige rots’ te doen…

Na al dit pracht en praal was het tijd om onze leerlingen te laten schitteren tijdens een tekenopdracht die met glans gewonnen werd door Phebe. We zitten intussen op het Miradouro de São Pedro de Alcântara. Tijd voor de betere instagramproofed foto’s. We herkenden de bezienswaardigheden van gisteren. Nabij deze uitkijkplatform is er ook een parkje waar we de goden uit de Griekse mythologie konden spotten, diezelfde goden die we zagen tijdens de lessen toeristische bestemmingen. 

Op weg naar de Jardim Botânico de Lisboa. We hielden wel nog een pitstop bij de lokale kiosk om alle ingrediënten voor een geslaagde picknick in te slaan. We zochten een schaduwrijk plekje waar we even konden ontsnappen aan de hitte van de dag (gevoelstemperatuur 35°C). Je vindt er heel wat uitheemse planten, bloemen en bomen, zij hebben hier al eeuwenlang een nieuwe thuis; de ontdekkingsreizigers van weleer konden blijkbaar ook niet met lege handen naar het thuisfront komen! We daalden nadien af naar Rossio waar Louise ons meer wist te vertellen over de stierengevechten en executies. Vandaag de dag zijn deze pleinen bekende ontmoetingsplaatsen voor zowel toeristen als locals.

Tijd voor wat ‘time off’; de souvenir shops en de betere tourist traps werden aan de lijve ondervonden in de Rua Augusta welke je kan vergelijken met onze Rue de Boucher. We stapten nadien onder de triomfboog (de Arco de Rua Augusto) door naar het Praça do Comércio; een groot, zonnig plein ‘omarmd’ door statige gallerijen bekend omwille van hun gele kleur. De Taag is opnieuw niet ver, meerzelfs het lijkt wel alsof dit plein erin uitmondt.

‘s Avonds gingen we uit eten in het Lisbon Hard Rock Café. Onze leerlingen gaven hun ogen de kost aan alle collectors’ items zoals o.a. het jasje van Eminem, een outfit van Michael Jackson, gitaren tot zelfs een auto aan het plafond. De porties waren op zijn Amerikaans… 

Vrijdag 28 april 2023

Vandaag onze laatste (volledig) dag op Portugese bodem. We trokken naar Belém met een goed gevuld programma. Twee gidsen waren dus geen overbodige luxe. Chelsy en Phebe brachten ons naar de uitvalsbasis van de overzeese ontdekkingsreizigers van weleer. Deze wijk heeft echt wel voor iedereen wat in petto: statige tuinen, de meest diverse musea (oorlogsmuseum, volkskunst, maritiem museum, automuseum, …), immense monumenten zoals het Mosteiro dos Jerónimos en niet te vergeten de Pasteis de Belém.

Zoals verwacht was het wel wat aanschuiven voor allicht de meest bezochte highlights van deze wijk (en bij uitbreiding Lissabon). We hebben het hier over enerzijds de Torre de Belém en het Mosteiro dos Jerónimos. Je ziet duidelijk dat beide gebouwen dezelfde bouwstijl hebben, namelijk een laat-gotische bouwstijl met kenmerkende maritieme en christelijke elementen, ook wel de Manuelstijl vernoemd naar Koning Manuel I van Portugal (1469-1521). Hij en zijn familie – behalve zijn vrouw Eleanora – zijn ook begraven in de koninklijke tombes die je hier in het Mosteiro kan bekijken, meer bepaald in de kloosterkerk of ook wel Belém Church genaamd. Hoe komt het nu precies dat koningin Eleanora niet hier begraven is? Zij was de oudste zus van Karel V (jawel, onze Karel V) en zij moest na haar eerste gearrangeerde huwelijk (met deze Portugese koning), paraat staan voor een tweede gearrangeerd huwelijk; de toenmalige Franse koning… Vrouw zijn aan een koninklijk hof was dus niet alles! 

Terug naar Belem Church; de patroonheilige van deze kerk is trouwens de Santa Maria de Belém, maar zij moet haar populariteit delen met een andere bekende: Vasca da Gama. De man die via Kaap de Goede Hoop (Zuid-Afrika) Indië ontdekte in 1498 en hiermee de prestatie van zijn collega Christoffer Colombus van zes jaar eerder overtrof. Hij kent hier in de kerk, zijn laatste rustplaats. De tombe is versierd met prachtige haut-reliëfs van maritieme elementen, waaronder zijn schip, schelpen en scheepstrossen. Aan de bovenkant van de marmeren tombe herken je zijn figuur inclusief zijn typische hoed. 

Deze hallenkerk (is een kerk waarvan de zijbeuken dezelfde hoogte hebben als het middenschip) was/is eeuwenlang ook een populair bedevaartsoord waarbij je vroeger te biecht kon gaan. Getuige daarvan zijn de talrijke biechtstoelen. Opgelet: het zijn wel degelijk de deuren in de linkerzijbeuk van de kerk; wist je dat aan de andere kant van deze deuren de monniken je vroeger opwachtten om je zonden aan te horen en je ze vervolgens te vergeven? 

Inderdaad, de monniken. Zij waren eeuwenlang de stille, biddende en harde werkers van het immense Mosteiro dos Jerónimos. Dit gebouw – dat je overigens niet op één foto krijgt – was de (warme) wachtrij zeker waard. De mooie refter bezet met de typische tegeltjes (de Portugese azulejo’s) en de schitterende kloostergangen met uitzicht op de binnentuin zullen ons wel nog even bijblijven! Enerzijds bevindt je je in een serene omgeving en anderzijds spot je duidelijk een rijkelijke pracht en praal die duidelijk doelen om de kerkelijke en koninklijke macht te etaleren. 

Tijd voor (alweer) een zonovergoten lunch! Gelukkig bracht de Jardim Botânico Tropical verkoeling op het warmste moment van de dag. Als dessert aten we de Pasteis de Belém waarvan we nu – dankzij Phebe – weten dat dit gebakje licht verschilt van dat ander bladerdeeggebakje: de Pasteis de Nata. Het verschil zit hem in een lichte citrustoets, een meer romige volle smaak en een extra krokante bladerdeegkorst. Zoals bij zoveel streekproducten het geval is, blijft het exacte recept een goed bewaard geheim…

Volgende halte bij de Torre de Belém, gelegen ‘in’ de intussen gekende metgezel, de Taag (die in de pre-Romeinse tijd, de Lisso werd genoemd – what’s in a name …).  Vanuit deze verdedigingstoren inclusief valbrug, konings- en kanonnenzaal, zagen de Lisboeta’s eeuwen geleden mogelijke vijanden vanuit de Atlantische Oceaan naderen. Tijd ook voor de betere foto’s op en rond deze toren. 

Niet ver hier vandaan doemde het herdenkingsmonument op voor de overzeese patriotten – ofwel het Monumento aos Combatentes do Ultramar. Het gaat hier over Portugese soldaten die hun leven lieten tijdens het koloniale conflict (1964-1971) in Afrika

Dit modern beeldhouwwerk bestaat uit twee ‘onderbroken’ driehoeken waartussen je het water ziet, die de afstand (de oceaan) symboliseert tussen het oorlogs- en het thuisfront. Dat het een herdenkingsplaats is kan je zeer duidelijk merken aan de lange lijst van namen van de gesneuvelde soldaten, de eeuwig brandende vlam, het graf van de onbekende soldate en de twee militairen die de wacht houden. 

Heel wat te doen en te zien dus in Belém, onze leerlingen trokken dan ook nog zelfstandig de wijk in, waarna het tijd was voor het diner. En wat voor één! In het Portugaila Cervejaria restaurant met zicht op het Padrão dos Descobrimentos en quasi grenzende aan de Taag, is gekend omwille van zijn dagverse zeevruchten. Al onze leerlingen waagden zich aan enkele plateaus des fruits de mer.

Na dit gezellige diner, kregen we nog te horen dat het Padrão dos Descobrimentos ofwel het Monument van de ontdekkingsreizen al enkele decennia de Lisboetse kust siert. Dit 52 meter hoge herdenkingsmonument is gebouwd ter ere van de Portugese ontdekkingsreizigers/zeevaarders. Ontworpen in 1940 ter gelegenheid van de Tentoonstelling van de Portugese Wereld, maar pas twintig jaar later gebouwd en onder veel belangstelling ingewijd om het vijfhonderdste sterfjaar te herdenken van Hendrik de zeevaarder (ofwel Infante D. Henrique). 

Wat is er dan precies op afgebeeld? Een karveel met aan het hoofd dus Hendrik de Zeevaarder, gevolgd door een stoet van 32 historische figuren, die een bijdrage hebben geleverd aan het tijdperk van de ontdekkingsreizen. Verder herken je Vasco da Gama,  zoals koning Afonso V, die de eerste ontdekkingen heeft aangemoedigd (en gefinancierd), Pedro Álvares Cabral, de ontdekker van Brazilië en Fernão de Magalhães.

De kant dat naar het land gekeerd is, heeft de vorm van een kruis, dat versierd is met het zwaard van de Orde van Aviz, of dus de toenmalige Portugese koninklijke orde die de ontdekkingsreizen (financieel) ondersteunden.

Tijd voor onze twee laatste bezienswaardigheden: het Praça do Império en Praça Afonso de Albuquerque.

Het Praça do Império werd aangelegd in 1940 ter gelegenheid van de Exposição do Mundo Português  of dus de Portugese Wereldtentoonstelling. Die datum is niet toevallig, want het was toen ‘dubbel feest’: 800 jaar eerder werd namelijk het land Portugal gesticht én 300 jaar geleden werd Portugal onafhankelijk van Spanje. Voor de aanleg van dit plein werd deze locatie gebruikt als strand.

Centraal op het plein ligt een verlichte fontein. Daaromheen liggen 30 wapens gemaakt van bloemen die de 18 Portugese districten, de archipels en de voormalige koloniën symboliseren. Daarnaast is er een nationaal schild dat wordt gevormd met buxus en bloemen. Toeval of niet, maar hebben die Portugesen dan toch geen licht hippiegevoel? ‘Make war with flowers, no arms…’; een link met onze eerste dag is hier duidelijk niet ver.

Het Praça Afonso de Albuquerque is dan weer vernoemd naar de tweede gouverneur van Portugees-Indië die dan ook statig op ‘zijn zuil’ centraal op dit plein te spotten is. Dit plein ligt tegenover het Palácio Nacional de Belém, de thuisbasis van de Portugese president. Portugal is immers sinds 1910, bij het omverwerpen van de monarchie, een republiek. Het ligt ook vlakbij het treinstation van Belém zodat we terug naar het levendige Rossioplein konden geraken.

Om de avond af te ronden gingen we nog iets drinken op het Miradouro de São Pedro de Alcântara, de plek die we gisteren ontdekten, waar we nog heel wat highlights, die we de voorbije dagen hebben ontdekt, konden spotten; samen met de vele lichtjes. 

Moe, maar voldaan trokken we nadien naar onze hostel. Morgen vertrekken we terug naar huis, waar het allicht opnieuw wennen zal worden aan de temperatuur! Klik op de onderstaande foto om meer foto’s te bekijken van dit mooie reisavontuur.