Het GO! Atheneum Geraardsbergen zet zeer sterk in op onderwijsvernieuwing met het Agora-project in de richting ‘Humane Wetenschappen’ zowel in de 2de als de 3 graad.
Jolien De Clercq uit 6HW deelt haar enthousiasme: ‘In de Agora-klas kan je leren op maat. Heb ik vandaag wat minder zin in die taak voor Cultuur, dan plan ik die gewoon morgen in en werk ik vandaag aan mijn opdracht Frans. Heel veel gebeurt op de chromebooks en doordat we onze taken zelf moeten inplannen worden we beter voorbereid op het vervolgonderwijs aan de hogeschool of universiteit. Bovendien merk ik dat we meer individuele begeleiding krijgen omdat er telkens twee leerkrachten ter beschikking staan aan wie je meteen vragen kan stellen zonder dat je de leerkracht of anderen moet onderbreken.’
Het Agora-team merkt op dat de gemiddelde score van leerlingen nu al zo’n 10% hoger ligt en dat de leerlingen beter inzichtelijk en zelfstandig leren verwerken. Deze manier van studeren zal de leerlingen zeker helpen met hun vervolgstudies.
Agora tracht te zorgen voor die verbondenheid tussen vakken, leerlingen, ouders en leerkrachten. Leerplezier, eigenaarschap en kritisch denken vervolledigen de vier principes waarop het project steunt. Om deze onderwijsvernieuwing te ondersteunen heeft het GO! Atheneum Geraardsbergen geïnvesteerd in een splinternieuw en ultramodern Agora-lokaal.
VRT news op bezoek (klik op de titel voor het beeldfragment te bekijken):
EduNext helpt scholen klas van de toekomst uit te bouwen
De organisatie EduNext is een vzw die scholen helpt te innoveren. Naast het klassieke systeem met een vakleerkracht voor de klas pleit EduNext ook voor een team van leerkrachten dat de leerlingen coacht en activeert. Dertig directeurs gingen inspiratie zoeken bij het Atheneum van Geraardsbergen.
Artikel Klasse – 5 november 2019:
Agora-klas: stappenplan naar doe-meer-zelf-leerlingen.
Zelfsturing en vakoverschrijdend werken. Ziedaar de pijlers van de Agora-klas, uitgetekend door leraren die hun leerlingen niet willen zien struikelen over de horde naar hoger onderwijs. Jana De Geyter, leraar Nederlands en mede-architect, gidst je van ontstaan tot toekomstdromen.

Vrijdagmiddag, lunchpauze in GO! Atheneum Geraardsbergen. Jana heeft er net een voormiddag Nederlands opzitten. Om 13.30 uur verwelkomt ze een gastspreker die les komt geven aan haar leerlingen. Tussendoor: een interview met Klasse. Eerst grist ze een broodje mee in de keuken, daarna opent ze het Agora-klaslokaal en ontgrendelt haar laptop om de Agora-aanpak te illustreren. Tijd is er niet. Toch maakt ze die. Voor een even bevlogen als doodeerlijk relaas over de stap van klassieke lessen naar zelfsturing en teamwerk.
1 Ontstaan
Jana De Geyter: “We stelden met een paar collega’s van de derde graad vast dat we al jaren naast elkaar werken. Als ik afspraken maak over spreken en schrijven, volgen leerlingen die in mijn klas. Maar als ze bij een collega binnenstappen, lappen ze die losjes aan hun laars. En we doen dikwijls dubbel werk. Hoe vaak zeggen leerlingen niet: “Maar mevrouw, dat kregen we al bij geschiedenis.”
“We leven niet in hokjes, maar in onderwijs stoppen we wel alles in aparte vakken en gesloten lokalen. Vreemd toch? Plus: als je alleen voor de klas staat, moet je kiezen: focussen op sterke leerlingen of op wie moeilijker kan volgen? Wat je ook doet: een groep leerlingen ergert zich of haakt af. Jij als leraar ook. Door al die frustraties raken we uitgeblust. Ons recept om die frustraties weg te werken is de Agora-klas: zelfsturend en vakoverschrijdend onderwijs in teams. Daarmee hopen we bovendien de immense stap naar hoger onderwijs kleiner te maken.”
2 Werking
Jana De Geyter: “Leraren van 7 vakken werken intensief samen: wiskunde, geschiedenis, Nederlands, Frans, Engels, cultuur- en gedragswetenschappen. Voor elk vak roosteren we wekelijks minimaal 1 uur instructie in. Alle andere uren stoppen we in de vakoverschrijdende Agora-werking. Op ons wekelijkse lunchoverleg bespreken we welke opdrachten we aan leerlingen geven en of we hetzelfde thema vanuit verschillende vakken kunnen benaderen.”
“Dat gieten we in een digitaal weekoverzicht voor onze leerlingen, waarin staat wat we van hen verwachten, wat de richttijd is voor elke opdracht en welke leraren wanneer aanwezig zijn. Differentialen berekenen als de leraar wiskunde in de Agora-klas rondloopt, is handiger. Maar het moet niet. Leerlingen plannen individueel wanneer ze de leerstof aanpakken. Op maandag alle wiskunde erdoor? Kan perfect. Onder de geschatte tijd voor geschiedenis blijven en meer tijd kopen voor wiskunde of een boek grijpen in onze leesplek? Prima.”
Leerlingen moeten zelf uitzoeken wat ze nodig hebben om de opdrachten te volbrengen
“Leerlingen moeten in de Agora-klas zelf uitzoeken wat ze nodig hebben om de opdrachten te volbrengen. Lukt het zelfstandig? Of schakelen ze een hulplijn in – klasgenoot, leraar, internet – om tot een beter resultaat te komen? Nieuw, want veel leerlingen leunen graag achterover om het antwoord van de leraar te krijgen.”
“Onze leerlingen schalen zich voortdurend in. Interessant voor ons: wat als een leerling denkt dat hij de leerstof beheerst, maar slecht scoort op controletoetsen? Wat als een leerling in de klas aangeeft dat zijn werk af is, maar thuis hard moet bijtrappen? Of wat als een leerling zich niet goed voelt en zich niet kan concentreren? Dan nemen we die even apart, zoeken uit waarom het niet lukt en tekenen samen een realistische planning uit. Ons lokaal en onze co-teaching laten dat perfect toe om bij te sturen.”
3 Voorwaarden
Jana De Geyter: “Het lukt niet zonder vertrouwen van de directeur. Die gaf ons een eigen lokaal en carte blanche om het in te richten met aparte instructieruimte, flexibele meubels en chromebooks.”
“Even cruciaal is de samenwerking binnen ons team. We investeren veel tijd in overleg, nieuwe cursussen, uitleg aan de ouders, sfeer in het lokaal. En we draaien allemaal extra uren omdat we alleen zo altijd als duo in de Agora-klas kunnen staan.”
4 Successen
Jana De Geyter: “Zelfgestuurd werken gaat trager dan klassikale instructie. Maar door leerlingen zelf te laten uitzoeken, inschatten en plannen, blijft de leerstof beter plakken. Ze leren ook verantwoordelijkheid opnemen. Je kan zelfs vrijdagavond in ons lokaal van de vloer eten. Dankzij de leerlingen. Helemaal anders dan in gewone klaslokalen, waar iedereen na het belsignaal niet snel genoeg naar buiten kan sprinten.”
“Door vakken te clusteren, zien leerlingen minstens evenveel leerstof en hevelen ze inzichten sneller over. Met de technieken om woordbetekenissen te analyseren in Nederlands raken ze ook in andere talen een eind ver. En we kunnen knippen in het aantal (huis)taken. Een schrijfopdracht over mens en wereldbeeld levert punten op voor Nederlands en cultuur. De taak wint aan belang. Leerlingen hebben minder huiswerk, maar werken wel harder in de klas.”

Jana De Geyter – Leraar Nederlands: “De Agora-uren zijn zalig: nooit tuchtproblemen, altijd een collega om te overleggen en volop kansen om een leerling individueel te begeleiden”
“We kunnen veel makkelijker differentiëren. Kan een leerling de luisteropdracht invullen na één keer luisteren? Of heeft hij een pauzeknop en meerdere luistersessies nodig? In een gewone klas gold voor iedereen dezelfde afspraak: 2 keer luisteren, dan invullen. Omdat je alleen in een klein klaslokaal stond, kon het moeilijk anders. Een leerling met taalachterstand scoort dan keer op keer een 3 en maakt geen vooruitgang. Nu krijgt hij de tijd en kansen om te groeien. Scoort hij van meet af aan behoorlijke punten, maar moet hij daarvoor steeds minder de pauzeknop indrukken.”
“Voor ons, leraren, wordt lesgeven een teamsport. We overleggen voortdurend, leren van elkaar. En we vangen elkaar op als we onszelf voorbijhollen in onze brandende ambities, nieuwe cursussen of meetsystemen. Dan drukt een collega op de pauzeknop: ‘Stop! Geef volgende week die les van vorig jaar. Die was best goed.’”
5 Struikelblokken
Jana De Geyter: “De pionierleerlingen van onze Agora-werking volgden van kleuter tot vijfde jaar secundair les in het gewone systeem. ‘Waarom nog overstappen naar een radicaal andere aanpak?’ vroegen ze. Als leerlingen al protesteren, dan zullen hun ouders ons lynchen, vreesden we. Maar als je je plannen helder uitlegt, krijg je ze mee. Een magisch moment. De ouders zetten hun kinderen zelfs op hun plaats. ‘Je zou blij moeten zijn met leraren die nadenken over goed onderwijs’, hoorden we ze fluisteren.”
“We leerden dat we onze ambities moeten durven opgeven. Oorspronkelijk wilden we alles meteen klaar hebben voor een volledig jaar. Alle projecten, alle cursussen, (bijna) alles vakoverschrijdend. Onmogelijk. Sleutelen en bijsturen onderweg moet kunnen.”
“We zetten onze deuren open voor leraren en directeurs uit andere scholen. Die haken soms af op de extra uren die we draaien. ‘Dat lukt bij ons nooit’, zuchtten ze. Klopt: meer uren draaien is zwaar. Maar de Agora-uren zijn zalig. Nooit tuchtproblemen, altijd een collega om te overleggen en volop kansen om een leerling individueel te begeleiden.”
6 Toekomstdromen
Jana De Geyter: “Om het effect van zelfsturing te onderzoeken peilen we leerlingen tijdens het schooljaar naar hun leerplezier, verbondenheid, eigenaarschap en kritisch denken. Onderweg schommelen de cijfers: klassieke knikjes voor vakantieperiodes omdat leerlingen dan snakken naar vrije tijd, maar tussen september en juni zien we een globale stijging.”
“Leerlingen vertellen ook dat ze de leerstof beter beheersen. Die check willen we verlengen naar hoger onderwijs. We willen het effect op latere studies zien: slagen meer leerlingen erin om de horde naar hoger onderwijs te nemen? We hopen ook dat we de Agora-werking kunnen uitbreiden naar andere vakken en jaren. Dat zou ons ongelooflijk gelukkig maken.”
Bekijk hier het artikel online
Innovatief Agoraproject publiekstrekker op EduNext leerfestival
Leerplezier, verbondenheid, eigenaarschap en kritisch denken, dat zijn de vier pijlers waar het in de Agoraklas van het KA Geraardsbergen om gaat. Zeven verschillende vakleerkrachten vormen er een co-teachend team in de derde graad Humane Wetenschappen. Deze vernieuwende onderwijsaanpak ging dit schooljaar van start en kon direct op heel wat belangstelling rekenen. Nadat verschillende scholen al kwamen kijken naar het innovatieve project, werd het Agorateam uitgenodigd voor een presentatie op de zesde editie van het EduNext leerfestival in Brussel. En dat bleek een voltreffer.
Dat het huidige onderwijslandschap in beweging is, bleek duidelijk uit de talrijke, nieuwsgierige bezoekers. Voor een bomvolle zaal stelden de Agoraleerkrachten én -leerlingen hun inspirerende project voor, waarin de leerlingen via een weekplanning hun leerproces zelf in handen nemen. Er wordt ingezet op moderne competenties en met behulp van Chromebooks werken leerlingen en coaches samen aan vakoverschrijdend materiaal. Via learning analytics wordt de leerwinst elke maand in kaart gebracht.
Organisator Dirk De Boe was na de voorstelling lovend over de Agoraklas en onder de indruk van zoveel belangstelling. Ook de reacties van het publiek waren unaniem positief, ‘mogen wij eens op bezoek komen?’ was de meest gestelde vraag.
Volgend schooljaar zet het KA Geraardsbergen als school van de toekomst verder in op kwaliteitsvolle onderwijsvernieuwingen en wordt de Agoraklas uitgebreid naar de 2e graad Humane Wetenschappen.